Leuk experiment: eet geen brood meer (en misschien zelfs even geen tarwe)

Hoewel brood heel gezond kan zijn, is de valkuil ervan dat je het de hele dag door eet. En gevarieerd en minder eten is gezonder dan de hele dag brood eten. Barbara was echt een bruineboterham-met-kaas-mens, ze at het de hele dag door. Tot ze ermee stopte. Dit is haar verhaal (en haar tips).

Barbara: Ik ben echt een bruineboterhammetkaasmens. Mijn hele leven al eet ik het, en ik hou ervan.
Bij het opstaan: boterham met kaas.
Rond een uur of elf: cracker met (pinda)kaas.
Lunch: boterhammen met kaas.
Rond een uur of halfvier: cracker met (pinda)kaas.

Ziet dat er gezond uit? Nee he? Ik eet er natuurlijk van alles naast, maar dit is wel de basis van mijn dieet. Al veertig jaar. Of vijftig. Zie het dan maar eens te veranderen. Daar moest ik persoonlijk niet aan denken. Op het neurotische af smeerde ik, als ik ‘s morgens weg ging, nog een extra boterham voor onderweg. Die natuurlijk altijd binnen een uur op ging, want ja, ik had ‘m toch bij me. Ik was een soort junkie: ik zag geen leuk leven voor me zonder die boterham met kaas in mijn tas.

Ik begon er in mijn zoektocht over te praten met een voedingscoach. Het eerste wat ze zei, was (vond ik grappig): “Eet jij nog brood? Wat een wonder dat je er nog zo goed uitziet!”

Ze vertelde me over een boek. Het heette De Broodbuik (The Wheat Belly) en het is geschreven door een Amerikaanse cardioloog William Davis die de buik van de ene dikke Amerikaan na de ander zag slinken als ze stopten met tarwe eten. Nou denk ik bij Amerikanen en tarwe altijd aan dat zachte witte nepbrood dat ze eten, maar nee, deze cardioloog heeft over de hele soort tarwe dezelfde mening. Hij zegt dat de soort tarwe in 100 jaar zo veranderd is door massaproductie dat het slecht voor ons is. Ook hierbij denk ik: ja, zo lust ik er ook nog wel een, als ik een boek wil schrijven waarin ik aantoon dat hedendaags fruit slecht voor je is, lukt me dat ook wel. Maar ik ging toch even met hem mee in zijn gedachtegang. Ik was tenslotte een brood-junkie op zoek naar verlossing.

Zijn betoog: omdat er steeds vaker geoogst moet worden op het land bevatten tarwesoorten tegenwoordig steeds minder voedingsstoffen en meer ‘lege’ calorieën. Ik geloof dat wel, en dat geldt natuurlijk voor al ons eten, dat is een waarheid als een koe. Maar volgens hem geldt het ook voor ‘goede’ granen, zoals biologische spelt en rogge. Ik denk dat dat wel meevalt. En ook de wetenschap zegt: wat hij beweert, is niet bewezen.

Maar wat ik wel geloof is wat een eenzijdig dieet de westerse mens eigenlijk heeft. In De Broodbuik staat Davis erbij stil hoeveel tarweproducten we wel niet eten. Zie eens de schappen van de supermarkt voor je: pasta, brood, crackers, wraps, pita’s, pizza’s, croissants, muesli, bladerdeeg, quiches, koekjes, loempia’s, verse ravioli, tortilla’s, noodles. Er komt geen einde aan. Ik vond het best scary om dat te bedenken.

Dus ik wilde er wel wat mee. Maar ondertussen zat ik in de spreekkamer van mijn diëtiste te zeuren over mijn broodjes kaas die ik echt nodig had in mijn drukke bestaan, ik zat te zeuren dat ik van ontbijten met yoghurt licht in mijn hoofd werd, maar ze wuifde alles weg met een: “Begin nou eens met één maaltijd per dag zonder tarwe.”

“Maar wat moet ik dan eten?” vroeg ik.

Ze haalde haar schouders op. “Een bak aardbeien met plantaardige yoghurt. Kliekjes van de vorige dag. Een stukje kaas, nootjes, gekookt eitje, een salade. Of niks. Ik eet soms pas om twee uur ‘s middags wat.”

De nonchalance waarmee ze dat zei, raakte iets bij mij. Zo had ik nog nooit iemand horen praten over eten. Ik móést drie keer per dag eten: ontbijt, lunch, avond. En dan ook nog tussendoortjes, om 11 en om 16 uur. “Anders val ik van m’n graat,” zei ik altijd.

En toen ze ze dit:
“Je mag nog steeds zo vaak eten als je wilt, alleen ga je anders eten. Je hoeft niet meteen af te vallen, ga eerst maar eens experimenteren. Ik wil niet dat dit nog iets erbij wordt wat moet. Je moet al zoveel. Je moet werken, je moet voor je pubers zorgen, je moet het huis aan kant hebben. Dit moet iets zijn dat je leuk vindt, effordless moet het zijn: als het op wilskracht moet, dan ga je het verliezen.”

Ik las het boek en raakte geïnspireerd om maar eens helemaal met tarwe te stoppen. Ik nam ook even geen volkoren, rogge en spelt meer, ook al geloof ik dus dat dat echt gezond is. Het gevaar was dat ik al mijn gewone volkoren boterhammen zou vervangen door spelt, dan zou ik nog steeds te weinig gevarieerd eten, dus ik ging het hele experiment aan. En fijn dat ik het vond!

Op een zaterdag ging ik naar de natuurwinkel met de opdracht: geen tarwe, geen koolhydraten en zoveel mogelijk plantaardig, want dat was een van mijn andere goede voornemens. Als dat de basis zou zijn, dan zou ik dat mogen aanvullen met de dingen waar ik echt heel veel van houd: een stukje tonijn (of biefstuk, maar ik eet zelf geen vlees), een plak kaas, een handje nootjes.

Ik gooide mijn wagentje vol fruit, groente en allemaal dingen die ik nog nooit op deze manier had gegeten. Yoghurt gemaakt van kokos. Japanse tofu ‘biefstuk’. Tonijnsalade van de Vegetarische slager. En noten, heel veel noten, want dat werd mijn nieuwe tussendoortje.

Ik ben nu een half jaar verder, ik voel me veel energieker gek genoeg, ik val een beetje af, maar dat was niet speciaal de bedoeling. Gevarieerder eten, dat was het punt. Lastig? Nee. Het was wel even puzzelen wat je dan wél gaat eten. Maar als je je echt openstelt, krijg je snel de smaak te pakken. Het fijne van geen brood of tarwe eten is, dat je nooit onderweg kan gaan snacken, want alles is met tarwe, zo kom je dus niet in de verleiding om toch even een kiosk op het perron in te rennen, je neemt de honger even voor lief. Tot je weer thuis bent. Ik heb daardoor ook geleerd om honger niet zo erg te vinden. En om goed voorbereid op pad te gaan met een banaan en een handje nootjes.

Winkelwagen
Scroll naar boven